Exercise Dutch - Wonen


 
 
Nederland 
   Afbeelding invoegen
 
 

Afbeelding invoegen

wonen
Afbeelding invoegen

ik woon

Ik woon in Amsterdam
     woon je/jij Woon je in Amsterdam? 
  je/jij woont
Je woont in Utrecht?

hij woont

Tom, hij woont in Den Haag

zij woont

Sara, zij woont in Maastricht

u woont

Meneer, u woont in Groningen?
  wij wonen
Sofie en ik, wij wonen in Amsterdam
  jullie wonen
Tom en Sara, jullie wonen in Rotterdam?
  zij wonen
Tom en Sara, zij wonen in Den Haag en Maastricht
 
 
    title

Afbeelding invoegen

1 Mijn naam is Sofie. Ik ..................... in Amsterdam


2 Piet is Nederlander. Hij ..................... in Groningen


3 Meneer en mevrouw van Brinkhoven ..................... in Utrecht


4 De nicht van Sofie, zij ..................... in Rotterdam


5 Mijn naam is Henk. Mijn broer Peter en ik, wij ..................... in Den Haag


6 Henk en Peter, jullie ..................... in Den Haag?


7 Sofie, jij ..................... in Amersfoort?

8 ..................... je in Amsterdam?

 

 
   > >